Door de onhandige planning van de KNSB kostte het behoorlijk wat moeite om een geschikte datum te vinden en überhaupt een team te formeren. Uiteindelijk werd het 20 januari en kwamen we met een gelegenheidsteam voor de dag. De comeback van Freddie en Marcel in het bekerteam was een feit en van het vaste basisteam waren Armen en ik ook nog overgebleven.
Amersfoort kon ook hun sterkste team niet opstellen, waarbij het gemis van Matthew Sadler natuurlijk een flink domper was. Maar ook zonder Sadler beloofde het een spannende wedstrijd te worden.
Op het eerste bord speelde ik met wit tegen Dimitri van Leent. Vanuit het Scandinavisch kwam ik in een prettige stelling met wat ruimtevoordeel terecht. Vervolgens besloot Dimitri de stelling open te gooien om zijn laatste stukken te ontwikkelen, maar dat veroorzaakte een boel verzwakkingen. In een lastige maar zeker niet kansloze stelling produceerde hij vervolgens een paar slechte zetten, waardoor ik via wat tactiek een einde aan de partij kon maken.
Op het tweede bord speelde Armen met zwart tegen Bram van den Berg. Armen kwam meteen al heel slecht uit de opening. Vervolgens had Bram wat gemist in zijn berekening waardoor hij Armen nog niet meteen mat kreeg. Maar hij stond inmiddels al materiaal voor en had nog steeds een erg goede stelling. Om nog steeds mysterieuze redenen heeft hij het nooit af kunnen maken. Armen wist zichzelf ternauwernood in leven te houden en zelfs nog een beter eindspel te bereiken. Toen het team eenmaal verloren had, vond Bram het in het eindspel wel welletjes en gaf de voorkeur aan de bar boven een onprettige uitvluggerfase.
Op het derde bord speelde Marcel met wit tegen Peter Reedijk. In de Chinese draak kwam Marcel al snel op onbekend terrein. Toen zijn tegenstander ook wat onnauwkeurigheden beging leek het erop dat hij er vernietigend uit zou komen, maar niets bleek minder waar. Zijn aanval liep vast en hij werd in rap tempo teruggedwongen door de zware zwarte stukken. Maar met elke pion die er geruild werd kwam de remise meer in zicht en met alleen nog de dame, enkele pionnen en twee open koningen was eeuwig schaak snel gevonden.
Op het vierde bord speelde Freddie met zwart tegen teamcaptain Jeroen Bugel, die het meeste werk eigenlijk al in de voorbereiding had zitten, want ik heb zelden zoveel mails over en weer zien gaan om alleen maar een datum te vinden. Er stond al snel een anti-Siciliaan op het bord waarin Freddie schaamteloos al zijn pionnen naar voren gooide. Wit leek wat overdonderd en kreeg zijn stukken niet meer op de juiste plaats. Toen de b-lijn geopend werd kwamen de zwarte stukken razendsnel de witte stelling binnen. De tactische complicaties waren nog heel tricky, maar Freddie hield het hoofd koel en wist alle tactiek in zijn voordeel om te zetten.
Het resultaat: een geflatteerde 3½–½ overwinning voor Accres Apeldoorn. Een bedankje aan Amersfoort voor de goede gastvrijheid en de gedane moeite voor het vinden van een datum. Jammer dat we beiden concessies moesten doen voor het formeren van een team. Wie weet kan Amersfoort in de competitie nog zijn sportieve revanche halen.
Amersfoort kon ook hun sterkste team niet opstellen, waarbij het gemis van Matthew Sadler natuurlijk een flink domper was. Maar ook zonder Sadler beloofde het een spannende wedstrijd te worden.
Op het eerste bord speelde ik met wit tegen Dimitri van Leent. Vanuit het Scandinavisch kwam ik in een prettige stelling met wat ruimtevoordeel terecht. Vervolgens besloot Dimitri de stelling open te gooien om zijn laatste stukken te ontwikkelen, maar dat veroorzaakte een boel verzwakkingen. In een lastige maar zeker niet kansloze stelling produceerde hij vervolgens een paar slechte zetten, waardoor ik via wat tactiek een einde aan de partij kon maken.
Op het tweede bord speelde Armen met zwart tegen Bram van den Berg. Armen kwam meteen al heel slecht uit de opening. Vervolgens had Bram wat gemist in zijn berekening waardoor hij Armen nog niet meteen mat kreeg. Maar hij stond inmiddels al materiaal voor en had nog steeds een erg goede stelling. Om nog steeds mysterieuze redenen heeft hij het nooit af kunnen maken. Armen wist zichzelf ternauwernood in leven te houden en zelfs nog een beter eindspel te bereiken. Toen het team eenmaal verloren had, vond Bram het in het eindspel wel welletjes en gaf de voorkeur aan de bar boven een onprettige uitvluggerfase.
Op het derde bord speelde Marcel met wit tegen Peter Reedijk. In de Chinese draak kwam Marcel al snel op onbekend terrein. Toen zijn tegenstander ook wat onnauwkeurigheden beging leek het erop dat hij er vernietigend uit zou komen, maar niets bleek minder waar. Zijn aanval liep vast en hij werd in rap tempo teruggedwongen door de zware zwarte stukken. Maar met elke pion die er geruild werd kwam de remise meer in zicht en met alleen nog de dame, enkele pionnen en twee open koningen was eeuwig schaak snel gevonden.
Op het vierde bord speelde Freddie met zwart tegen teamcaptain Jeroen Bugel, die het meeste werk eigenlijk al in de voorbereiding had zitten, want ik heb zelden zoveel mails over en weer zien gaan om alleen maar een datum te vinden. Er stond al snel een anti-Siciliaan op het bord waarin Freddie schaamteloos al zijn pionnen naar voren gooide. Wit leek wat overdonderd en kreeg zijn stukken niet meer op de juiste plaats. Toen de b-lijn geopend werd kwamen de zwarte stukken razendsnel de witte stelling binnen. De tactische complicaties waren nog heel tricky, maar Freddie hield het hoofd koel en wist alle tactiek in zijn voordeel om te zetten.
Het resultaat: een geflatteerde 3½–½ overwinning voor Accres Apeldoorn. Een bedankje aan Amersfoort voor de goede gastvrijheid en de gedane moeite voor het vinden van een datum. Jammer dat we beiden concessies moesten doen voor het formeren van een team. Wie weet kan Amersfoort in de competitie nog zijn sportieve revanche halen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten