De wedstrijd begon stipt 13.00 uur. In zijn toespraakje meldde wedstrijdleider Rick Weggen de tragische reden van het uitstel van deze oorspronkelijk op 6 december geplande match: het overlijden van Robert. DTK speelde met een invaller, terwijl wij met twee invallers speelden.
Anton, die een zwakke tegenstander tegenover zich kreeg, was reeds na twee uur spelen klaar. Hij kreeg alle gelegenheid een koningsaanval op te bouwen en die met mat af te ronden. (0-1)
Daar stond tegenover dat invaller Hans, om tactische redenen ingezet aan bord 1, het helaas niet kon bolwerken tegen de sterke Jelic. Hij was een pion achter geraakt en had geen verweer tegen het oprukken van de zwarte centrumpionnen naar de eerste rij. (1-1)
Wietze heeft zijn draai nog niet gevonden. Zijn zwarte stelling oogde vrij hecht, maar waarschijnlijk rukte hij te snel op in het centrum. In de tweesnijdende stelling kwam zijn tegenstander het eerst aan bod. (2-1)
De tijdnoodfase brak aan. Tweede invaller Jan den Besten had daar weinig last van. Na de ruil van de dames ontwikkelde hij een agressief stukkenspel, dat beloond werd met een pion. Tegenstander Adema behield echter zijn twee sterke lopers en op een gegeven ogenblik was remise een feit. (2½-1½).
Jasper, die in vijf minuten vijftien zetten moest doen, overtroefde zijn over veel meer tijd beschikkende tegenstander. Hij profiteerde van een zwakke zet, ruilde twee stukken tegen een toren en een pion, en rukte vervolgens genadeloos op met zijn d-pion. De verspreid staande witte stukken waren niet in staat het monster straffeloos te keren. (2½-2½)
Vervolgens werd het tijd eens te kijken naar de partijen die nog aan de gang waren. Henk stond gewonnen, de resterende partijen leken in evenwicht. Een kleine overwinning leek niet uitgesloten. Maar zoals zo vaak: prognoses zeggen niets. De mens, en met name de schaker, is feilbaar en dat bleek ook nu weer in deze late namiddag.
Inderdaad, Henk liet zich zijn punt niet meer afpakken. Vanaf de opening had hij een achtergebleven pion op d6 onder druk gezet en die uiteindelijk veroverd. Het eindspel duurde lang, tegenstander Bronsema had zelfs nog een stuk tegen twee pionnen geofferd. Henk zette de vijandelijke stukken volkomen klem, zodat zijn koning ongehinderd de vrijpion thuis kon brengen. (2½-3½).
Aan het bord van Remco speelde zich echter iets vreselijks af. De stelling was zeer tweesnijdend. Remco kon op een gegeven ogenblik remise forceren maar wilde meer. Hij had echter het een en ander overzien en moest vlak na zijn drieste poging zijn monarch neerleggen. (3½-3½).
Alle blikken gingen nu naar het bord van Mark. Het middenspel had hij goed gespeeld en was met een pion meer in het eindspel beland. Hij bezat echter de slechte loper en een slechtere pionnenstelling. Ergens is er iets misgegaan. Wat de omstanders zagen was, dat de tegenstander het geniaal aanpakte en een voor een de zwarte pionnen opat. Uiteindelijk resteerde er een toreneindspel waarin Leffert Nicolai drie verbonden pionnen bezat die werden gekeerd door slecht een pion van Mark. Leffert had nog vijftien minuten, Mark nog vijf.
Maar toen gebeurde het ongelofelijke. Het lukte Leffert niet zijn meerderheid naar voren te walsen. Mark had steeds, bijna à tempo, irriterende schaakjes. Leffert verbruikte zeeën van tijd en besloot maar een pion weg te geven. Opnieuw vergeefs. Weer schaakjes van Mark. Beiden hebben uiteindelijk nog drie minuten. Dan moet Leffert ten koste van zetherhaling het verlies van een derde pion voorkomen. Het wonder is geschied: 4-4
Anton, die een zwakke tegenstander tegenover zich kreeg, was reeds na twee uur spelen klaar. Hij kreeg alle gelegenheid een koningsaanval op te bouwen en die met mat af te ronden. (0-1)
Daar stond tegenover dat invaller Hans, om tactische redenen ingezet aan bord 1, het helaas niet kon bolwerken tegen de sterke Jelic. Hij was een pion achter geraakt en had geen verweer tegen het oprukken van de zwarte centrumpionnen naar de eerste rij. (1-1)
Wietze heeft zijn draai nog niet gevonden. Zijn zwarte stelling oogde vrij hecht, maar waarschijnlijk rukte hij te snel op in het centrum. In de tweesnijdende stelling kwam zijn tegenstander het eerst aan bod. (2-1)
De tijdnoodfase brak aan. Tweede invaller Jan den Besten had daar weinig last van. Na de ruil van de dames ontwikkelde hij een agressief stukkenspel, dat beloond werd met een pion. Tegenstander Adema behield echter zijn twee sterke lopers en op een gegeven ogenblik was remise een feit. (2½-1½).
Jasper, die in vijf minuten vijftien zetten moest doen, overtroefde zijn over veel meer tijd beschikkende tegenstander. Hij profiteerde van een zwakke zet, ruilde twee stukken tegen een toren en een pion, en rukte vervolgens genadeloos op met zijn d-pion. De verspreid staande witte stukken waren niet in staat het monster straffeloos te keren. (2½-2½)
Vervolgens werd het tijd eens te kijken naar de partijen die nog aan de gang waren. Henk stond gewonnen, de resterende partijen leken in evenwicht. Een kleine overwinning leek niet uitgesloten. Maar zoals zo vaak: prognoses zeggen niets. De mens, en met name de schaker, is feilbaar en dat bleek ook nu weer in deze late namiddag.
Inderdaad, Henk liet zich zijn punt niet meer afpakken. Vanaf de opening had hij een achtergebleven pion op d6 onder druk gezet en die uiteindelijk veroverd. Het eindspel duurde lang, tegenstander Bronsema had zelfs nog een stuk tegen twee pionnen geofferd. Henk zette de vijandelijke stukken volkomen klem, zodat zijn koning ongehinderd de vrijpion thuis kon brengen. (2½-3½).
Aan het bord van Remco speelde zich echter iets vreselijks af. De stelling was zeer tweesnijdend. Remco kon op een gegeven ogenblik remise forceren maar wilde meer. Hij had echter het een en ander overzien en moest vlak na zijn drieste poging zijn monarch neerleggen. (3½-3½).
Alle blikken gingen nu naar het bord van Mark. Het middenspel had hij goed gespeeld en was met een pion meer in het eindspel beland. Hij bezat echter de slechte loper en een slechtere pionnenstelling. Ergens is er iets misgegaan. Wat de omstanders zagen was, dat de tegenstander het geniaal aanpakte en een voor een de zwarte pionnen opat. Uiteindelijk resteerde er een toreneindspel waarin Leffert Nicolai drie verbonden pionnen bezat die werden gekeerd door slecht een pion van Mark. Leffert had nog vijftien minuten, Mark nog vijf.
Maar toen gebeurde het ongelofelijke. Het lukte Leffert niet zijn meerderheid naar voren te walsen. Mark had steeds, bijna à tempo, irriterende schaakjes. Leffert verbruikte zeeën van tijd en besloot maar een pion weg te geven. Opnieuw vergeefs. Weer schaakjes van Mark. Beiden hebben uiteindelijk nog drie minuten. Dan moet Leffert ten koste van zetherhaling het verlies van een derde pion voorkomen. Het wonder is geschied: 4-4
De Twee Kastelen 1903 - Accres Apeldoorn 3 1920 4-4 1. Bruno Jelic 2154 - Hans Bouwer 1781 1-0 2. Albert Jan Hummel 1972 - Wietze Nijdam 2054 1-0 3. Pieter Bronsema 1914 - Henk Eleveld 2003 0-1 4. Leffert Nicolai 1863 - Mark Brussen 2019 ½-½ 5. Johan Adema 1872 - Jan den Besten 1783 ½-½ 6. Jan de Vries 1998 - Jasper Zwirs 1896 0-1 7. Stef van Kesteren 1810 - Remco Pihlajamaa 1974 1-0 8. Michiel Takkebos 1639 - Anton Weenink 1846 0-1
't Andere verslag
Geen opmerkingen:
Een reactie posten