dinsdag 20 september 2011

Geen slecht begin

Rien Bos

Op 17 september speelde Accres Apeldoorn de eerste ronde van de Meesterklasse. Tegenstander was Utrecht. Utrecht is traditioneel een lastige tegenstander voor de Apeldoorners, zo ook dit seizoen. De gemiddelde rating van Utrecht (2400) is wat hoger dan die van de Apeldoorners (2374). Bovendien miste Apeldoorn de ervaren IM Merijn van Delft, want die zit bij het EK Jeugd in Bulgarije. Zijn invaller was Tom Meurs.

Ons jonge talent Nico Zwirs maakt dit seizoen voor het eerst deel uit van het Apeldoornse topteam.

Niettemin begon de wedstrijd veelbelovend voor de Apeldoorners. Op vrijwel alle borden zag het er in het vierde speeluur goed uit. Alleen Rijnaarts leek mij bedenkelijk te staan. Zwirs stond goed tegen Okkes, Van de Oudeweetering absoluut niet minder tegen Michielsen en Pruijssers had Swinkels behoorlijk onder druk. Helaas verloren de mannen alle drie. Zwirs liet zich trucen. Ervaring versus jeugdig optimisme? Van de Oudeweetering vergooide z’n stelling in tijdnood en Pruijssers kwam na een mooie combinatie met een dame plus toren tegen drie licht stukken plus toren gaandeweg steeds meer in moeilijkheden en verloor dus ook. Tom (tegen Nooyen) won evenmin, na lange tijd meer dan goed te hebben gestaan.

Rijnaarts verloor, maar daar stonden goede overwinningen van Kuipers (als een warm mes door de boter hakte hij door de stelling van Schut), Siebrecht, Zaragatski en Kabatianski tegenover. Omdat ook Armen remiseerde werd het dus 5–5.

Helemaal geen slecht begin dus voor Accres Apeldoorn in een competitie waar, gelet op de andere uitslagen, alles mogelijk is.



   Accres Apeldoorn      2343 – Utrecht           2333 5–5
1. Roeland Pruijssers    2475 – Robin Swinkels    2494 0–1
2. Ilja Zaragatski       2474 – Chiel v Oosterom  2389 1–0
3. Stefan Kuipers        2381 – Lisa Schut        2290 1–0
4. Sebastian Siebrecht   2471 – Martijn Dambacher 2496 1–0
5. A vd Oudeweetering    2338 – Joost Michielsen  2317 0–1
6. Alexander Kabatianski 2410 – Hans Klip         2381 1–0
7. Sjef Rijnaarts        2302 – Jaap Houben       2322 0–1
8. Nico Zwirs            2176 – Menno Okkes       2386 0–1
9. Armen Hachijan        2188 – Meindert vd Linde 2134 ½–½
10.Tom Meurs             2217 – Jos Nooijen       2118 ½–½

Een degelijke start

Henk Vinkes

Op voorhand wisten we dat we in de eerste ronde van de 2011-2012 KNSB Campagne ons alleen maar zorgen moesten maken om de eerste twee borden. De rest van de spelers van Oegstgeest ’80 moest op zijn minst gezegd toch wel in toom gehouden kunnen worden. De voortekenen waren bij het begin van de ronde aan de ene kant iets minder maar werden later ook weer gecompenseerd.

De nieuwe locatie biedt in ieder geval een vriendelijker welkom aan de tegenstander dan de campingstoeltjes en tafels waar we eerst zaten, absoluut een vooruitgang. Onder leiding van Opper indelingsdeskundige Ap Ketting werden de tafels op de meest gezellige manier neergezet, dus daar was geen enkele discussie mogelijk … of toch, we laten het maar in het midden onder het genot van de nodige stukkies speculaas.

In de aanloop naar dit seizoen trok sponsor Homburg zich terug en hadden we toch echt wel een dilemma als zich niet snel een vervanger op dat gebied zou melden. Omdat je dit soort dingen niet kunt forceren, kondigden zich de nodige verschuivingen in de teams aan, en je gaat daar dan al rekening mee houden. Wie wil er naar het eerste team, wie niet, en wie haal je erbij om toch nog redelijk mee te kunnen draaien in de tweede klasse. Het was best wel spannend maar kort voor begin van de competitie was daar gelukkig Accres die in de bres sprong.

Het eerste team gered en dus de andere teams ook. Een logisch gevolg van zijn resultaten vorig seizoen was dat Nico Zwirs doorschoof naar het eerste. Maar dan moet die weer vervangen worden door iemand anders. Tevens was het duidelijk dat Mark Brussen meer plezier kon beleven in het derde team dan in de zwaardere tweede klasse. Via een email belegd spelersberaad kwamen al gauw de namen van Harrie de Bie en Nikolai Kabanof (GMP) naar voren. Die zagen dat wel zitten en de basis van het tweede team was vastgelegd.

De kracht van Oegstgeest ligt dus bij de eerste twee borden en dan houdt het wel zo'n beetje vergeleken met ons team. Erik nam het op tegen Fred Slingerland en Marcel mocht Nebosjah Nikolic proberen te keepen. Hoe de voorbereiding van Erik Smit was weet ik niet helemaal precies, maar hij was min of meer op de hoogte van de openingskeuze die Slingerland zou gaan doen. Maar Marcel had gewoon de meest ideale voorbereiding die je je maar kunt indenken. Waarom moet je de avond ervoor allerlei moeilijke varianten gaan bekijken en trucjes gaan bedenken als je ook gewoon een bruiloft kunt vieren en dan lekker tot diep in de nacht en bij het krieken van de ochtendzon een biertje kunt nemen. Dat je dan de middag erna niet helemaal fit bent is bijzaak, je hebt in ieder geval kracht en doorzettingsvermogen genoeg om 's middags ook nog even de boodschappen te doen, wat een bikkel. Slapen kan een andere keer wel.

Dat Marcel als eerste klaar was, was misschien verrassend maar voor hem ook wel fijn. In ieder geval kreeg hij al een voordeeltje omdat Nikolic pas vrij laat aan het bord plaats nam. Op het bord kwam de Siciliaanse opening waarin niet veel gebeurde, wie het remisevoorstel deed weet ik niet meer, maar het kwam voor Marcel op een goed tijdstip, hij kon zijn huiselijke verplichtingen nakomen. Dat was dus de eerste kanonskogel die geneutraliseerd was. Die andere deed verwoede pogingen Erik het leven zuur te maken.

Voor Harrie de Bie is het altijd belangrijk om een leuke middag te hebben, en als hij dan ook nog een leuke partij speelt kan er weinig meer stuk, zo ook nu. Hij gaf een lesje in het Konings-Indisch. Tegenstander Scherpenisse ging al vroeg na de opening in de fout en daar profiteerde Harrie optimaal van door met beide paarden de witte stelling onveilig te maken. Na vijftien zetten komt daar ook nog eens een loper bij en het feest kan beginnen. De paarden dansen de paso doble met een lichtvoetigheid waar ons aller Anky van Grunsven jaloers op zou worden. Dan komt er een van links dan weer van rechts, en moet er toch maar een weggehaald worden om niet onder de hoeven te worden vertrapt. Het pleit is dan al beslecht, de totale chaos in het witte kamp is niet te overzien, en dat terwijl de andere zware aanvalsstukken bijna op stal blijven. Harrie scoort de eerste overwinning van het seizoen.

De schrik slaat Harro Weiland om het hart als hij ziet dat hij tegenover Grandmaster NB of the Palm komt te zitten. En al helemaal als wij die “maar” op bord 8 laten plaatsnemen. Uiteraard is er ergens heus wel een echte GM Kabanof, maar die van ons is natuurlijk ook grootmeesterlijk, klein van stuk, maar levensgevaarlijk. Dus pas op! Het gaat een lange tijd gelijk op in deze partij alhoewel Nikolai ruimtevoordeel heeft. Omstreeks de zeventiende zet laat Weiland zijn paard terugdringen naar de achterste regionen, waarna Nikolai zijn stukken vol de sporen geeft en ten aanval trekt. Zonder de hindernissen om te gooien zijn er snel twee pionnen gewonnen. Als dan een paar zetten later het duidelijk is dat er nog een bijkomt, haalt GMP Kabanof de overwinning binnen. Dus komen we al heel vlot op 2½-½ voorsprong, eigenlijk zonder al teveel moeite.

Omdat Thomas Beerdsen in Bulgarije speelde bij het Europees Kampioenschap voor de jeugd, werd zijn plek ingenomen door Cees van Bohemen, altijd garant voor een halfje, zo ook nu. Als Cees meespeelt, zie je altijd degelijke partijen en het moet wel heer raar lopen als hij zichzelf in de nesten zou werken. Jan Willem van Drunick heeft de hele partij wel een licht voordeel, maar het is nooit genoeg geweest voor winst. Cees loodst de partij via eeuwig schaak de veilige haven binnen.

Erik heeft de eer om aan het eerste bord Fred Slingerland tegen te houden. Erik was min of meer een beetje op de hoogte wat hij kon verwachten, maar het is ook natuurlijk de vorm van de dag, en vooral omdat het weer de eerste partij na langere tijd is. Maar ja, datzelfde geldt ook voor Slingerland. Er komt een Caro Kann op het bord waarin Slingerland wel een klein voordeeltje heeft maar eigenlijk nooit echt kan doordrukken. De koning van Erik wordt in het centrum vastgehouden en Fred probeert ook de overige zwarte stukken terug te dringen. Op zich lukt dat wel maar hij bereikt er niets mee, Erik houdt alles ruim binnen de remisemarge. Op den duur ziet Fred Slingerland dat ook in. Remise, een degelijke start voor Erik, nu komen die overwinningen wel vanzelf als je deze al goed weet te stoppen, even een goede slinger eraan geven!

Dat er vaak vreemde dingen gebeuren bij de partijen van Maarten Beekhuis is bekend. De alom bekende tijdnood zodat de teamleider weer de nodige potjes valium moet slikken in de vrees of hij het wel zal halen. Maar wat er zich nu weer afspeelde tart ook alle inbeeldingsvermogen, kan er eigenlijk niet de juiste woorden voor vinden. Maarten speelde tegen Joop Piket, inderdaad de vader van. Mijns inziens is deze alleen maar van plan om zijn potje remise te maken, en dat was het dan getuige zijn remiseaanbod na 17 zetten. Maar ja, Maarten wil natuurlijk wel een echte partij en Henk pakt zijn tweede potje uit de tas. Omstreeks de 20e zet heb ik het idee dat Maarten Piket verrast met een tijdelijk stukoffer. Er ontstaat dan stelling van paarden tegen lopers, maar Maarten heeft wel een rommelige pionnenstructuur. Hoeft op zich niet moeilijk te zijn, maar zijn wel makkelijke aanvalspunten. Maarten weet het voordeeltje lang vol te houden, maar verliest door tijdnood toch de grip op de stelling. Ideaal voor Piket want dan komen we weer in de veilige remisehaven. De tijdnood komen ze goed door, maar dan drie zetten later doet zich een vreemd incident voor. Piket neemt met zijn paard zijn eigen pion op g4. Dat is natuurlijk niet geoorloofd, maar in zijn eigen paniek denkt hij dat hij een stuk verliest en steekt zijn hand uit naar Maarten.

Maarten vertelt het zelf: 44.Pxg4 en dhr. Piket zei: "Ik geef het op". Ik was stomverbaasd over wat er gebeurde. Hij stak zelfs zijn hand uit maar ik realiseerde me niet dat ik die gewoon moest aanpakken. In plaats daarvan (stom) zei ik: "Waarom geeft u het op". Waarop hij opeens zag dat hij geen stuk had weggegeven maar alleen maar een illegale zet had gedaan. Hij dacht namelijk dat hij een stuk had weggegeven en daarom gaf hij het op. Ik wist nog steeds niet zo goed wat er gebeurd was en of de partij nu was afgelopen. Maar ik zei dat hij gewoon een zet met zijn paard moest doen. Dus uiteindelijk liep het met een sisser af en hoefde hij alleen maar met zijn paard te zetten.
Alleen Freddie was er als getuige van het voorval en het is jammer dat er geen wedstrijdleider in de buurt was. Wat is bepalend? Dat je zegt: ik geef op? Is het dan gelijk afgelopen? Helaas pakte Maarten niet gelijk de hand aan, in al zijn vredelievendheid wees hij de man erop dat hij alleen maar een onregelmatige zet deed. Piket had ook de sportiviteit zelve kunnen zijn door te zeggen dat hij had opgegeven. Maar als je alleen maar bezig bent om remise te schuiven, schiet dat er dan blijkbaar bij in.

Freddie offerde een toren voor een paard en twee pionnen, dat is een goede afruil en afgaande op de tegenstander zou dat op den duur tot een goed resultaat moeten kunnen leiden. Als daar nou maar eens niet die vermaledijde zetverwisseling zou zijn. Een moment dat de hele partij zich kantelt. Weg positioneel voordeel, weg goede seizoenstart. Toch weet Freddie de nodige pionnen bij elkaar te sprokkelen en krijgt zo weer het nodige tegenspel. Toch is het niet genoeg om er een remise uit slepen. Evert Leeuwenburgh weet keurig een matnet rond de witte koning te weven. Hopelijk heeft het Europees Teamkampioenschap voor Freddie de nodige foute KNSB-plooien glad weten te strijken.

Maar goed, op dat moment was de score 4-3 voor het tweede team en moest er dus nog een halfje bijkomen voor de winst. Dat die er zou komen was wel duidelijk want Martin had uit lange tijd gelijkopgaande partij een voordelige stelling weten te bereiken. Dat was dus voor de tijdcontrole… Maar al naar gelang die dichterbij kwam verdween ook het voordeel, niet dat het verliezend was, maar het was wel jammer. Want daarna kon hij weer opnieuw beginnen een voordeeltje te bemachtigen. Gelukkig hebben ze daar tegenstanders voor uitgevonden die daar aan mee willen werken en zo dus ook Jan Hellenberg. Langzaam maar wel met de neus vol in de wind, ging de zwarte koning op weg naar victorie, met de ondersteuning van een pluspion. De druk werd uiteindelijk teveel en via een prachtige laatste zet zag wit niets anders in dan de vlag te strijken.

Een goede 5-3 winst in de eerste ronde. Het mooie was dat de eerste twee sterke borden goed geneutraliseerd werden. We gaan ervoor om hier een goed seizoen van te maken.
Accres Apeldoorn 2  2126 – Oegstgeest '80       2060  5–3
1.Erik Smit         2239 – IM Fred Slingerland  2364  ½-½
2.Marcel Boel       2211 – IM Nebojsa Nikolic   2347  ½-½
3.Maarten Beekhuis  2126 – Joop Piket           2073  ½-½
4.Freddie vd Elburg 2140 – Evert Leeuwenburgh   1991  0–1
5.Martin v Dommelen 2102 – Jan Hellenberg       1979  1–0
6.Cees van Bohemen  2025 – Jan-Willem v Drunick 1944  ½-½
7.Harrie de Bie     2094 – Kees Scherpenisse    1958  1–0
8.Nikolai Kabanof   2068 – Harro Weiland        1825  1–0

maandag 19 september 2011

Debutant Jasper maakt het verschil

Robert Verkruissen

Vooraf had ik een hard hoofd in de ontmoeting met Almere. De gemiddelde rating van dat team is 1987. Op Wietze en Henk na haalt ons team deze rating niet. Maar 4½–3½ en hoe? Op z’n Jaspers!

Bord 1 — Theo had een zeer zware tegenstander. Lang leek het er op dat Theo voor een sensatie zou zorgen, ondanks het verlies toch een vechtpartij waarin Theo zeker niet is weggespeeld.

Bord 2 — Wietze kwam behoorlijk in ontwikkelingsachterstand en daardoor in onoplosbare problemen.

Bord 3 — Henks tegenstander zei na afloop: Henk is zeer solide. En dat klopt: het eerste halfje.

Bord 4 — Terug van weggeweest: Mark. En meteen een vol punt zonder kansen voor zijn tegenstander: hier gaat het tweede nog spijt van krijgen. Maar sorry jongens, Mark is nu weer van het derde.

Bord 5 — Robert, een beetje saaie remise.

Bord 6 — René kwam goed uit de opening. Na verloop van tijd ontstond er een stelling waarbij de tegenstander een geïsoleerde d-pion had. Helaas, René had een zwarte loper, een pion op d5 en een paard als verdediging. Uiteindelijk een belangrijke remise, want toen stond het 3½–3½ en alleen Jasper was nog bezig.

Bord 7 — Invaller Marco won een partij uit een stuk. Zijn tegenstander had lang gerokeerd en Marco kort. Vanuit een Siciliaan had Marco een open c-lijn waardoor hij sterke druk op de witte stelling had. Een fraaie en verdiende overwinning.

Bord 8 — Debutant meneer Jasper Zwirs. Jasper won vanuit een Caro Kann een pion en stond de hele partij goed. In tijdnood ging de pion verloren. Wat resteerde was een dame eindspel. Jasper een f, g, h en een vrije a-pion; zijn opponent pionnen van e tot en met h. Jasper speelde de zeer ingewikkelde stelling uit alsof dit al weer zijn laatste in het derde is. Een fantastisch debuut!
   Accres Apeldoorn 3 1931 - Almere            1987 4½–3½
1. Theo Visschedijk   1832 - Kees van Drunen   2144  0–1
2. Wietze Nijdam      2087 - Diederic 't Hooft 2056  0–1
3. Henk Eleveld       2012 - Martin van Gils   2011  ½–½
4. Mark Brussen       1998 - Caspar Kruijf     1994  1–0
5. Robert Verkruissen 1949 - Leo Damen         1984  ½–½
6. René Nijland       1938 - Frans Hazenberg   1961  ½–½
7. M. vd Nieuwendijk  1874 - Ivo Knottnerus    1897  1–0
8. Jasper Zwirs       1760 - Dennis v Leusden  1849  1–0